Categoriearchief: letter B

Bosch, Joannes (Jan) de

Jan de Bosch, Amsterdam 1713-1785 Amsterdam
Verzamelaar en amateurtekenaar, zoon van de doopsgezinde apotheker en kunstverzamelaar Jeronimus de Bosch en Judith Willink. Hij liet zich doopsgezind dopen in 1738, maar voegde zich later bij de Hernhutters in Zeist. Hij was (assistent) boekhouder bij de Wisselbank en bleef ongetrouwd. In zijn verzameling was onder andere een knipsel met het familiewapen, omgeven door geboomte.

Johan Herman de Vries (de families De Bosch en De Vries waren nauw verwant) bezat een album met “verwonderenswaardig fijne knipsels van wit papier”, dat via diens dochter in de familie Westra van Holthe terechtkwam, met als veronderstelde maker Jan de Bosch. Het is intussen duidelijk geworden dat niet De Bosch, maar Pieter Reijnders de maker is.

Jan de Bosch (10 x 14,5 cm)

Jan de Bosch (6 x 8,7 cm)

Bosma, G.

G. Bosma, omstreeks 1860
Van hem is een verjaringsknipsel voor Grietje Bouwman, 61ste verjaardag bekend. Twee schaartjes flankeren initialen G.B. Primitief, maar traditioneel, sprietachtige bladeren, vogels vruchten.

Collectie
  • Scherenschnittmuseum, Vreden

Boswijck, Geert

 Geert Boswijck,1935- ?
Zeer slecht ziend, knipte hij omstreeks 1947 vrij veel, o.a. vogel in boom, petroleumhanglamp, spinnenweb. Een gevoelige jongen; leerling van Hil Bottema

Bottema, Hillegonda

Hillegonda Bottema, Laren (NH) 1913-1968 Arnhem
Hil Bottema was afkomstig uit een met ‘kunst’ begaafde familie. Haar vader -Tjeerd- was kunstschilder en illustrator en ook haar moeder schilderde.
Opgeleid aan de Haagse Kunstacademie werd Hil op 29-jarige leeftijd als medewerkster verbonden aan het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem. Ze was hoofdmedewerkster documentatie volkskunde en volksgebruiken. Op 32-jarige leeftijd heeft zij voor het eerst de schaar gehanteerd. Door een knippende vriendin uit Zwitserland, Gertrud Wyss-Trachsel, werd Hil in 1948 verder gestimuleerd met knipwerk. Hil schreef toen zelf: ‘dat menigeen nog niet weet wat voor aardige dingen je met papierknipwerk kunt doen’.
Haar knipsels zijn meestal symmetrisch, of bevatten symmetrische onderdelen. Vanaf 1947 heeft Hil ieder jaar een Nieuwjaarswens geknipt die ze -gedrukt- de wereld rondstuurde. In haar aantekeningen kondigde Hil een ‘onderrichtboekje’ aan, een ‘moedgevend knipboekje’. Het manuscript kwam gereed in 1948 en kreeg de titel: Met het wonderschaartje. Het is ongepubliceerd gebleven. Hierna legde Hil zich toe op de documentatie van Nederlands knipwerk, in aantekeningen, foto’s, dia’s en publicaties. Ook heeft zij in 1961 de kinderpostzegels geknipt.

Collectie
  • Ned. Openluchtmuseum, Arnhem
  • Katwijks Museum, Katwijk
  • Particulier bezit
Literatuur
RKDartists&

Bourg, Leon

Leon Bourg, omstreeks 1914-1918
Frans-Zwitserse silhouetknipper uit Genève, die in Rotterdam goed afgewerkte portretten knipte “en face”. Ook is een hertenkamp van hem te zien geweest. Was het voorbeeld voor Bakema.

Brakel, Klaas Arienz. van

Klaas Az. van Brakel, Zuilichem 1802-1872 Giessen
Was van beroep boer in Zuilichem, maar ook Assessor van de gemeente. Hij maakte een knipsel tonend een fijn uitgewerkte levensboom, met twee menselijke figuurtjes en veel achterom kijkende vogels. Op de getrapte voet van de boom zitten twee maal drie omziende leeuwen of honden. Het knipsel is met pen gesigneerd: K. van Brakel Az 1872 July 4.

Hij was getrouwd met Petronella Johanna Dingemans in 1827.

 

Collectie
  • Particulier bezit

Brasser, Jacobus

Jacobus Brasser, Maassluis 1732-1799 Delft.

Jacob(us) was koopman in Maassluis en vanaf 1777 in Delft; trouwde als jongeman van Brielle 1) in 1759 te Overschie Anna Bon, die overleed aldaar in 1766; 2) in 1769 te Maasland (Midden Delfland) Anna van Wijn. Hij overleed te Delft, waar hij zonder kinderen (en kennelijk als weduwnaar) gewoond had op ’t Broerhuis (nu Botermarkt). Zijn broer Leendert Brasser was tekenaar-graveur te Rotterdam.
Hij maakte landschappen en tafereeltjes van 1777 tot 1788 en signeerde met zijn naam en del. et fec. (delineat et fecit, getekend en uitgevoerd). Op de achterzijde van de laatste staat geschreven: “Dit op ’t fijnste carton uytgestipt en opgelicht; dog op wat manier, is een geheym”. Ook maakte hij een “Gesigt der Stad Rotterdam van de zyde der Maas te sien” en twee ongesigneerde stukjes met vogels.

Collectie
  • Westfries Museum, Hoorn
  • particuliere verzameling
Literatuur

Breeland, Jan Theodoor

Jan Theodoor Breeland, omstreeks 1818, Leer (Oost Friesland)
Hij maakte een fraai knipsel van antieke zeeschepen en knipte voor huwelijken. Een stamboomknipsel van een Veendammer Jan Gort (1786-na 1820), kapitein van een koftjalk, en zijn vrouw Janna Kistenkast. In ronde medaillons zijn de initialen van wederzijdse ouders en hun dochter weergegeven, terwijl de echtelieden zelf met enigszins onbeholpen spiegelmonogrammen in het knipsel voorkomen. Tekstbanden zijn met pen ingeschreven; slingers en hoekversiering is ook met pen opgewerkt. Dit knipsel is gemaakt omstreeks 1819. Volgens de Veendamse familie was Jan Gort zelf de maker en volgens de overlevering knipte Gort als zijn boot op beter weer moest wachten, allerlei spreuken, o.a. “De zee neemt veel, geeft alles weerom tot behoud tot God”. Enkele jaren later verging zijn boot in de Oostzee, waarbij hij zelf verdronk en zijn vrouw werd gered. Gort heeft het niet gemaakt, want in een dergelijk stuk staat vermeld dat Breeland het heeft gemaakt  in 1818 te Leer.

Dit stuk was voor Jacobus Nicolaas Veldman Niestern (of Nijsteern,  geb. Siddeburen 1775-1826; scheepstimmerman) en Gepke Jans Gort (waarschijnlijk familie van Jan Gort). Het gezin woonde in Sappemeer en later in Martenshoek (Hoogezand).

Collectie
  • Westfries Museum, Hoorn
  • Particulier bezit
Literatuur

Brink, Maria Elisabeth van den

Maria Elisabeth (Mietje) van den Brink, Maassluis 1824-1905 Velp
Mietje werd geboren in een kunstzinnige familie, zij is nooit getrouwd en was tussen haar 16e en 30e actief met de schaar (een schrijver uit 1912 noemde dat “haar bakvischtijd”) en knipte op zeer fijne manier allerlei landschapjes, gebouwen en ruïnes, ornamenteel of figuratief. Bloemenmandjes, een madonna in een tempel en kermis-tafereeltjes behoren tot de onderwerpen die ze afbeeldde. Haar stijl was romantisch en als techniek gebruikte ze een combinatie van opwerk en platwerk. Ze woonde in 1847 met haar ouders in Amsterdam aan het Rapenburg, toen de Deense sprookjesschrijver Hans Christian Andersen ons land bezocht; ze stuurde hem een brief in ’t Frans én een sprookjesknipsel:

“un ouvrage d’art que vous ignorez peut-être, et qui a été perdu ou néglige depuis longtemps : c’est un tableau en papier, coupe seul à l’aide des ciseaux. Apres beaucoup d’étude et de patience il m’est réussi de la perfectionner à un certain degré” (een werk in een kunst die u misschien onbekend is en die sinds lang vergeten of verwaarloosd is: het is een voorstelling in papier die geheel met een schaar gemaakt is. Na veel studie en geduld ben ik erin geslaagd om het tot een zeker niveau te vervolmaken). Gepubliceerd in Neophilologus XIX (1934), p 115/6.

Andersen schreef terug dat hij het kunstwerkje zou bewaren in zijn album (dat heeft hij inderdaad gedaan). Het heeft hem, omdat hij zelf ook knipte, zeker aangesproken.

Collectie
  • Rijksprentenkabinet, Amsterdam
  • Westfries Museum, Hoorn (via Christie’s veiling 1988, #379)
  • Particuliere collectie Zwitserland
Literatuur  
RKDartists&