Categoriearchief: letter K

Koevoets, Joop 

Joop Koevoets, Goes 1920-1994 Leiden

Joop volgde een opleiding als illustratief tekenaar en begon met het verbeelden van sprookjes als schimmenspelen. Hij wilde zijn verhalen ook zelf toelichten en ging logopedie studeren voor de uitspraak. Zijn vader ging de schimmen uitsnijden en zijn vrouw bewoog ze. Het werd een succesvol team.

Hij maakte veel silhouetten voor reclames, boekjes en kerstnummers, geboortekaartjes en ex-librissen. Zijn schaarsneden waren vaak op de natuur geïnspireerd.

Literatuur

Knipper, Hannes de

Hannes de Knipper, +1867 Utrecht

Over deze schilderachtige persoon in Utrecht is heel weinig bekend, zelfs zijn echte naam niet. Mogelijk was het Hofman, want die familie had een draaiorgel omstreeks 1850 en een poppenspel. Hij knipte de figuren, die zijn ouders gebruikten voor hun poppenspel, dat hij later voortzette. Hij sprak dienstmeisjes aan “lieve-n-engel, je krijgt een zoen van me als je even stil staat” en knipte haar portret voor een cent.  Ook maakte hij schilderijtjes. Hij dronk te veel en raakte aan lager wal. Er zijn twee stukjes van een versje overgeleverd: “Hannes de Knipper is m’n neef / Bei z’n schoenen loopt ie scheef” en “Hannes de Knipper is doodgevroren / op de Vismarkt kan je ’t horen”. Volgens de overlevering is hij in februari 1867 doodgevroren gevonden onder een bank van de visafslag en van de armen begraven buiten de Singel. Februari 1867 was een buitengewoon milde maand.

Literatuur

Kelderman, Willem Lodewijk Alexander

Willem Lodewijk Alexander Kelderman, Haarlem 1834-1903 Haarlem

Was smid, of wel draaier; als ambachtsman ontwierp en maakte hij zijn eigen materiaal. Willem trouwde met Madelaine Hendriks in 1863.

In de familieoverlevering heet het dat hij met engelengeduld knipsels maakte. Zijn inspiratie vond hij bijvoorbeeld in de krant (de stadswapens) of in het dagelijks leven: ‘Kom vader niet meer, genever, bier en brandewijn.

Als hij misknipte dan vouwde hij het betreffende knipsels rustig ineen en gooide het weg om vervolgens weer helemaal opnieuw te beginnen. Het is bewonderenswaardig hoe knap hij bomen knipte met takken, vogels en vruchten, of de spijlen van een vogelkooi met een papegaai daarin. Zijn stijl is uniek en niet verwant aan andere (Haarlemse) knippers. Dit knipwerk is nooit tentoon gesteld geweest (informatie van achterkleinzoon).

Collectie
  • Particulier bezit

Kuyper, Henrikus Wilhelmus

Henrikus Wilhelmus Kuyper, Noordwolde 1803- 1875 Noordwolde
Zoon van een predikant. Hij heeft ongeveer 130 knipsels gemaakt, die op eenvoudige manier namen en data van zijn gezinsleden en van de koning en koningin met versiersels bevatten. Ook maakte hij veel dubbelgevouwen geknipte kleedjes en bloempotten, meestal in of rond 1820. Alle werden geplakt op losse vellen en samengebonden tot een boek.

Later staat hij als winkelier te Noordwolde geregistreerd.

Collectie
  • Fries Museum, Leeuwarden
  • Particuliere collectie
Literatuur

Krijgsman, Cornelia

Cornelia Krijgsman,  Purmerend 1867-? Amsterdam
Van haar is een knipsel van een draaimolen met Russische arrensleden bekend uit 1890. Sinds 1894 woonde ze in Amsterdam.

Collectie
  • Westfries Museum, Hoorn
Literatuur
  • Knip-Pers 1988-1

Krüger, Paul

Paul Krüger, 1928, 1940
Een silhouetknipper uit Keulen, waar hij een winkel in reukar­tikelen dreef. Voor het eerst in Nederland op de “Nenijto” (Neder­landse Nijverheidstentoonstelling) in Rotterdam in 1928; Indische Tentoonstelling Den Haag 1932; tot 1940 vaak in de RAI te Am­sterdam. Heeft Prins Hendrik eens mogen knippen.

Literatuur

Kreuzer, Aloys Johann

Aloys Johann Kreuzer, Muenchen 1911-1977 Den Haag

Kreuzer is in 1929 naar Nederland gekomen en volgde de Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Hij werd een verdienstelijk schilder, o.a. van iconen op latere leeftijd (hij was RK). In de dertiger jaren knipte hij o.a. het sprookje van de Kleine Koning (1935) uit zwart papier en vignetten bij citaten van filosofen (“Sprachen und Schnitte”). Hij trouwde in 1938 met Maria Adriana Kock en werd Nederlands staatsburger. Zijn schilderkunst is niet altijd voldoende gewaardeerd.

Aloys Johann Kreuzer

Koster, C.

C. Koster
Zijn voornaam, levensjaren en plaats van werken zijn niet bekend.

In 1745 maarte hij een stuk, in opdracht van iemand uit de vooraanstaande Zeeuwse familie Schorer. Het is van geperst papier in een verfijnde reliëf voorstelling gemaakt en duidt op de succesvolle behandeling door een geneesheer. De nalatenschap van jvr. H.C. Schorer werd in 1821 geveild. Daaronder: “Een uitvoerige Triumphboog, versierd met Schilden en leggende bijsieraden, gesneden door Coster”.

In 1746 maakte hij een dergelijk papieren kunstwerk ter gelegenheid van het zilveren huwelijk van de Groninger koopman Jan Albert Sichterman (1692-1763) en zijn vrouw Sibilla Volkera Sadelijn (1699-1781). Door een hek, twee zuilen verbonden met een boog voorzien van vazen en familiewapens, is een VOC-schip te zien. Daarboven zweven twee engeltjes die het wapen van de beide echtelieden dragen. Het werk verbleef tweehonderd jaar in Schotland en is nu terug in Groningen. Het is gesigneerd en gedateerd.

Collectie
  • Groninger Museum, Groningen
  • Particuliere collectie
Literatuur