Vele tientallen jaren vóór de oprichting van de Nederlandse Vereniging voor Papierknipkunst, kocht ik eens in een boekwinkel in Groningen een boekwerkje van Daan Hoeksema, met zwart papier waarop aan de achterzijde sportfiguren stonden afgebeeld om uit te knippen. Nadat deze waren uitgeknipt kreeg ik behoefte om zelf vorm te geven, omdat ik graag afbeeldingen wilde zien die ikzelf mooi vond. Na enige mislukkingen ontstond er tenslotte een voedingsbodem voor mijn knipkunst en ontplooide zich uiteindelijk een eigen stijl, een ontwikkeling die nu nog in mijn werkstukken te vinden is.
Om dit doel te bereiken teken ik eerst een ontwerp, dat met papierklemmen op de zwarte zijde van het silhouetpapier wordt vastgezet, zodat het niet kan verschuiven. Dit geheel leg ik op een glasplaat, waarop al een velletje carbonpapier ligt, en met de scherpe punt van een hard potlood trek ik het ontwerp over zodat dit in spiegelschrift op de witte achterkant van het papier zichtbaar wordt. (Na het uitknippen is het beeld dus goed aan de zwarte kant – een tip, belangrijk vooral bij het uitknippen van letters, cijfers, maar ook bij dorpsgezichten en dergelijke) Bij deze werkwijze is het belangrijk goed te letten op de aanknopingspunten, zodat het knipsel later niet in losse delen uit elkaar valt.
Als men na deze uiteenzetting van mijn werkwijze, die de meesten van u ongetwijfeld wel zullen kennen, niet vergeet het schaartje open en dicht te doen en het in de goede richting door het papier beweegt, zal uiteindelijk een geheel samenhangend knipsel (en niet te vergeten naar eigen ontwerp) verkregen worden. VEEL SUCCES!
N.G. Terpstra
- In TEN BOER, de bakermat van mevrouw Huizenga-Onnekes, steekt een koppel ganzen uit de vijver, op zoek naar voedsel in de tuinen van de omwonenenden, dagelijks de rijweg over, waarvoor auto’s stoppen. Op de achtergrond de Hervormde Kerk uit de 13de eeuw.
2. Een kijkje op JAVEA (Spanje), waar in een van de huizen aan de voet van de berg mevrouw Derksen Staats-van Spaandonk woont. Een spanjaard op een ezelwagen wijst met breed handgebaar naar de wuivende palmen en het grandioze uitzicht op het schilderachtige berglandschap van de achtergrond.
- ARNHEM. Een bekende plek in het Openluchtmuseum, waar men over de klapbrug het straatje met Zaanse huisjes bereikt. De eigenaar van een handje bij de brug steekt waarschuwend zijn vinger op om het tegen een al te opdringerige gans te beschermen.
- NIEUWESCHANS. Het voormalige graanpakhuis ‘De Dageraad’ (bouwjaar 1873), dat eens op de monumentenlijst werd geplaatst, is met afbraak bedreigd in verband met de betreurenswaardige toestand waarin het verkeert door ouderdom en zeer langdurige leegstand. Na een handtekening actie onder de bevolking werd besloten dit karakteristieke gebouw te restaureren en om te bouwen tot museum. Zo bleef dit unieke gebouw dat bij Nieuweschans hoort als eb en vloed, voor de toekomst behouden. Het hondje kijkt meewarig naar zijn baas die niets vangt, maar over zijn schouder naar zijn hengelpartner kijkt, die op haar knieën bezig is de vissen met wormen te voeren.