In de nieuwsbrief van september vorig jaar meldden we dat op de knipkunsttentoonstelling van 1946 in Utrecht het wapenknipsel Ockert/Bredehoff mogelijk niet te zien is geweest. Dat was vreemd want het Centraal Museum had dat knipsel al jaren in bruikleen en het zou op die tentoonstelling uitstekend op zijn plaats zijn geweest. Op het moment dat we dit schreven was ons museum al enige tijd bezig de financiële middelen bij elkaar te brengen om het bewuste knipsel aan te kopen. De eigenaren van het stuk hadden het namelijk bij het Utrechtse museum teruggehaald en wilden het van de hand doen. Men wendde zich tot een antiquair in Amsterdam, vroeg ons om nadere informatie en bezocht het museum in Franeker omdat men vermoedde, op het spoor gezet door de Amsterdamse kenner, dat Anna Maria van Schurman het knipwerk gemaakt kon hebben. Dat idee konden we al snel de wereld uit helpen, het artikel “Familiewapenen” van Catharina van de Graft in Historia van september 1946 kon daarbij goed worden gebruikt. Hierin wordt dit knipsel (39×30 cm) besproken, ook is er een afbeelding (nr.3) van in opgenomen. Een en ander leidde tot het besluit dat het Nederlands Museum van Knipkunst het stuk mocht aankopen op voorwaarde dat binnen een overeengekomen termijn het aankoopbedrag kon worden opgebracht. Dankzij de financiële steun van drie landelijke culturele fondsen is dit gelukt! Van de Graft schrijft in haar artikel over dit knipsel: “Een ander prachtig werk uit dezen tijd is het groote familieknipsel met in het midden het gecombineerde wapen van Ockert en Bredehoff en zestien kwartieren van elk dezer wapenen ter weerszijde, dat het Centraal Museum te Utrecht in bruikleen heeft van Mevrouw Huijtema-Van Bredehoff de Vicq te Buitenzorg. Dit knipwerk bewaart de herinnering aan het huwelijk dat Joan Ockers, heer van Schonewal, in 1702 raad, in 1704 schepen van Middelburg, hoofdparticipiant der O.I.C. en in 1716 daarvan bewindhebber, gesproten uit het aanzienlijke Zeeuwsche geslacht van Ockert, Ockers of Ockerse, sloot met Elisabeth van Bredehoff, uit een Hoornsch geslacht, dochter van François en Johanna Hamel. Joan Ockert overleed 24 Mei 1723, ongeveer uit dien tijd moet ook dit knipwerk dateeren. Waarschijnlijk heeft kort voor of na zijn overlijden een zoon uit dit huwelijk het fraaie wapenknipsel van zijn ouders doen vervaardigen. Wie die zoon was, kan, daar het Middelburgsche archief in den jongsten oorlog geheel verloren is gegaan, niet meer worden onderzocht. Blijkbaar heeft de knipkunst in deze twee stijlvolle kunstwerken (bedoeld wordt dit knipsel en het daarvoor besproken wapenknipwerk Van den Berg/Van Teijlingen van F.H. van Voorst, red.) op het eind van het eerste kwart der 18e eeuw haar hoogtepunt bereikt. Wat daarna komt, is nog zeer verdienstelijk werk, maar niet meer van dit hooge peil…“. Het kan inderdaad zijn dat het wapenknipsel kort voor of na de dood van Ockert in 1723 is gemaakt, maar niet uit te sluiten is dat het is gemaakt ter gelegenheid van de huwelijksvoltrekking. Dat zou betekenen dat het al veel eerder moet zijn geknipt. Verder onderzoek kan misschien aan tonen of deze veronderstelling juist is; wellicht kan dan ook worden achterhaald wie de maker van dit bijzondere werkstuk is geweest, want dat is helaas niet bekend.
Door Henk van Ark.
Dit artikel verscheen eerder in Nieuwsbrief 1997-1, een uitgaven van Stichting W.Tj. Lever.