In onze vorige nieuwsbrief schreven we over een knipsel van de “Piersma” knipper, dat wij als schenking voor de stichting van de heer Groeneveld uit Rotterdam mochten ontvangen. (afgebeeld op de voorpagina). Naar aanleiding van dit stukje stuurde mevr. B. van Weperen-de Vries ons een tweetal krantenartikelen toe, die aan het begin van de jaren zeventig in waarschijnlijk de Leeuwarder Courant zijn geplaatst. In die artikelen een vrij overtuigende aanwijzing omtrent de identiteit van de Friese knipper en twee afbeeldingen en nog eens een vermelding van zijn werk. Dat brengt het aantal bekende stukken van deze volkskunstenaar op zes. De “Piersma” knipper zou, volgens overlevering, een bakkersknecht uit Dearsum zijn geweest, die ook brood in het nabij gelegen Bozum bezorgde. Om daar te komen moest hij met het veer over de Zwette (Sneker Trekvaart). Dit voetveer beeldde hij af in een van zijn knipsels.
De initialen in dit werkstuk zouden staan voor Joh. Douwes Zijlstra en zijn vrouw, mogelijk de bewoners van het huisje aan de Zwette. De bijdrage van mevr. Van Weperen-de Vries stimuleerde ons natuurlijk om verder te gaan speuren. Wij kwamen in kontakt met de heer H. Postma, die ons een tekening die hij in 1939 van het Dearsumer huisje maakte toestuurde, informatie over een mogelijke knipper kon hij echter niet geven.
De volgende stap was een artikel in de MidFrieslander van 5 maart 1991. Hierop ontvingen wij al snel een interessante reaktie uit Sybrandaburen, die duidt op een relatie tussen Piersma, Zijlstra en Schaafsma, namen die alle in het knipwerk van de “Piersma” knipper voorkomen. Hiermee is dus het raadsel wie de knipper uit Dearsum/ Bozum of omgeving was nog niet opgelost, maar we zijn ongetwijfeld op de goede weg. Wordt vervolgd…
Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Nieuwsbrief 1991-1 van Stichting W.Tj. Lever.
Later is deze knipper geïdentificeerd als Adam Hotzes de Boer.