Joanna Koerten, Amsterdam 1650 – 1715 Amsterdam
Pas in 1691 trouwde ze met de doopsgezinde koopman Adriaan Blok, die haar erg stimuleerde. Omstreeks die tijd begon ze met haar knippen in ‘opwerk’, waarbij ze de getekende lijnen en arceringen op zeer fijne manier uit het papier haalde. Er is van haar een zestal werkstukken bewaard gebleven, maar we weten dat ze Bijbelse en mythologische voorstellingen heeft gemaakt en veel gesneden heeft naar voorbeeld van schilderijen en gravures. Onder andere een allegorie van de Romeinse Vrijheid, met portretten van de 12 eerste keizers, 1697. Met al dit werk is ze een beroemdheid geworden voor haar tijdgenoten. Men noemde haar ‘Schaarminerve’.
Op latere leeftijd legde ze zich toe op het maken van portretten van bekende personen uit binnen- en buitenland; daarvoor gebruikte ze ook gravures die ze natekende en aanpaste, of ze had bij een bezoek een portretschets gemaakt. Onlangs is een door haar geknipt portret van raadspensionaris Johan de Wit teruggevonden.
Vorsten bezochten haar en deden bestellingen. Een werkstuk voor de Oostenrijkse Keizerin leverde haar meer dan ƒ 4000,- op en een bod van een Duitse vorst van 1000 gulden voor drie knipsels sloeg ze af ‘omdat zij er zoveel werk aan had gehad’. Blok stelde er een eer in om vooraanstaande personen iets te laten schrijven in een gastenboek, het Stamboek. ‘Hoge personaadjes’ en min of meer verdienstelijke dichters schreven er hun opdrachten in, andere kunstenaars schilderden of kalligrafeerden iets. Toch heeft Joanna wel opengestaan voor geïnteresseerden. Ze liet haar gereedschap zien en ’trof zij somwijlen iemand aan, waarin zij eenige zucht tot de kunst bespeurde, dan bood zij een behulpzame hand, en zoo hij reeds eenige ondernemingen had gemaakt, zij spoorde hem verder aan’. Ondanks de ophef van haar tijdgenoten, ook na haar dood, heeft haar schaarkunst de eeuwen niet verduurd. Toch behoort ze tot de meest noemenswaardigen van de Nederlandse knipkunst.
Collectie |
|
Literatuur |