Frouke Goudman-Cupido: een fenomeen op knipgebied, Knip-Pers 2008-3

Volgens de dikke Van Dale is de betekenis van het woord fenomeen: iemand die algemeen sterk de aandacht trekt door één of andere bijzondere begaafdheid. Frouke’s knipbegaafdheid was bij ons allen al in ruime mate bekend, maar het verschijnen van haar schitterende boek ‘Vertalen in papier’ vormt de aanleiding om haar wat beter te leren kennen:

Frouke Cupido werd geboren in 1939, ze bracht haar vroegste jeugd door op Texel. Na de oorlog ging het gezin in Haarlem wonen. Vader was aanvankelijk stuurman, later gezagvoerder bij de KNSM en daardoor vaak langdurig van huis. Haar jeugd was heel plezierig: in Frouke’s herinnering mochten zij en haar vijf broers en zusters eigenlijk alles, want moeder vertrouwde de kinderen volledig en verwachtte van hen dat ze zelf goede keuzes zouden maken op allerlei gebied.

afb. 1, Frouke Goudman-Cupido, Onkruid van Trinidad, 1965, 38 x 50 cm

Het knippen zat er al vroeg in: toen ze nog geen zes jaar was, knipte Frouke al paardjes van rood papier met zilveren leidsels, maar daar is jammer genoeg geen afbeelding meer van te bewonderen. Ze liet me wel haar schetsboek zien met tekeningen uit haar jeugd en het is verbazingwekkend dat zo’n jong kind al zo goed en vooral zo gedetailleerd kon tekenen!
De creatieve talenten erfde ze van haar ouders, net als broer Jan die, geïnspireerd door Frouke, op latere leeftijd ook prachtig ging knippen (op de voorkant van de Knip-Pers 1989-4 was een knipsel van hem te bewonderen).

Na de Lagere School en de MMS moest er een opleiding gekozen worden. Frouke had zoveel interesses dat het erg moeilijk kiezen was. Haar ideeën varieerden van iets met tuinen of met kinderen doen, archeoloog of vliegenier worden. Zoals ze zelf zegt: “Alles was goed als ik maar niet op kantoor terecht zou komen!”
Min of meer toevallig kwam ze op de Rietveldacademie (destijds Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs in Amsterdam) terecht. Eerst een algemeen jaar, toen de opleiding tot grafisch ontwerper. Het was een heerlijke tijd. Bij ontwerpopdrachten merkte ze dat ze met een schaar cijfers en letters veel sneller in veelvoud kon knippen dan ze te tekenen of te schilderen. Zo kon ze acht dezelfde vormen uit het papier tegelijk knippen, wat een gemak! Ze werd heel enthousiast over deze techniek en ging experimenteren met bomen, planten, vogels. Haar schaar zag ze steeds meer als expressiemiddel.

afb. 2, Frouke Goudman-Cupido, Computer, 1973, 50 x 25 cm

Zowel binnen als buiten de Rietveldacademie was er veel belangstelling voor haar geknipte illustraties. Na haar eindexamen ging ze als freelance ontwerper aan de slag, ze kreeg al direct knipopdrachten, onder andere van de Bijenkorf.

afb. 3, Frouke Goudman-Cupido, Arend, ±1964, 14,1 x 6,8 cm

Haar eerste vaste baan was bij Ahrend,   maar heel eigenzinnig koos ze voor een 3- daagse werkweek zodat ze nog 4 dagen over had om zich vrij te voelen. Frouke heeft namelijk nog vele andere interesses, onder andere de fotografie (ze heeft bijvoorbeeld  een beeldverhaal van 1000 foto’s gemaakt over de nieuwbouwwijk tegenover haar huis; ze klom daarvoor zelfs in een 60 m hoge kraan tijdens de vorstverletperiode)
Ze werkte 4 jaar bij Ahrend toen ze ontslag nam, omdat ze de kans kreeg mee te varen met haar vader (in plaats van haar moeder) en een reis van 2 maanden naar Canada en Zuid-Amerika kon maken. Aan boord en ook in de havens maakte ze veel schetsen om die later te kunnen gebruiken voor knipsels. Na die trip nam ze een deeltijdbaan aan, maar later werkte ze alleen maar als freelancer, onder andere voor de Gasunie, Reader’s Digest en Lauteslager makelaars. Van 1973 tot 2007 heeft ze voor Lauteslager gewerkt (de laatste jaren samen met zoon Sander).

Na tien jaar huren bij hospita’s (Frouke woonde in een piepklein kamertje in Amsterdam waarbij ze op de gang moest koken), kreeg ze via Kunstzaken een eigen woning aangeboden. Frouke’s reactie was heel kenmerkend voor haar: “Ik neem het, waar is het? Die woning was in de Jordaan, ze trok er in en later kwam Harry erbij wonen. Daar werd zoon Bas geboren.

In 1972 verhuisde het gezinnetje naar Amersfoort en daar kwam hun tweede zoon Sander ter wereld. De Goudmannen wonen nog in hetzelfde huis en kleinzoon Dinand van twee komt gezellig een paar dagen in de week bij Opa en Oma om opgepast te worden. Dan is het feest voor allemaal!

afb. 4, Frouke Goudman-Cupido, grote golvende weegbree, 1989, 48,5 x 65,2 cm

Toen in 1983 de Nederlandse Vereniging Voor Papierknipkunst werd opgericht, gaf ze zich direct op als lid. Vanaf die tijd konden de leden van onze Vereniging meegenieten van alle wonderen die via Frouke’s schaar tot stand kwamen.

Frouke maakt het zichzelf nooit erg gemakkelijk, is uiterst kritisch op haar werk en ze stelt zich altijd als voorwaarde dat haar papierknipsels uit één stuk geknipt moeten worden. Ze was een meester in het knippen van gevouwen papier, dat leverde tal van prachtige creaties op.

Wie kent niet haar bijzondere doe-kaarten, vanaf 1988 te koop. In de Knip-Persen van 1988-1991 verscheen een groot aantal uitgebreide en interessante lessen in vlakverdeling waarin alle tot dan toe door haar gedane ontdekkingen op knipgebied uit de doeken werden gedaan. Haar boekjes ‘Knippen in gevouwen papier (1984) en ‘Streepjescode’ (1991) zijn baanbrekend te noemen. Het boekje ‘Papercutting’ (1990) vormde de opmaat voor haar boek ‘Vertalen in papier’.

afb. 5, Frouke Goudman-Cupido, huizencirkel, 1973, diameter 40 cm

Een kleine greep uit de vele exposities waaraan Frouke deelnam:
1965  ‘Pronken met Papier’ bij G.H. Buhrmann’s Papiergroothandel te Amsterdam, waar alles te zien was wat er in de laatste 3 eeuwen uit papier vervaardigd was
1982  Willemstad, Curacao, groepsexpositie
1982  ‘t Spant’ in Bussum, groepsexpositie, ook met werk van de zoons van Frouke
1985  Cooper Hewitt-museum te New York, groepsexpositie
1991  Museum Flehite te Amersfoort: “Vier eeuwen Papierknipkunst’
1996  NH Kerk te Den Burg, Texel, groepstentoonstelling
2002  ‘t Spant in Bussum, groepsexpositie, de uitnodiging daarvoor werd door Frouke en Sander ontworpen

In 1997 kwam ze heel ongelukkig op het ijs terecht toen ze een schaatstocht maakte, met als resultaat een drievoudige botbreuk in haar rechterduim en daarna posttraumatische dystrofie. Frouke is niet iemand die de moed opgeeft bij tegenslag; ze begon direct links te leren schrijven en dat lukte aardig. Toen ze eindelijk haar rechterhand weer kon gebruiken, merkte ze al snel dat ze voor haar ingewikkelde knipsels van meerdere lagen papier niet meer lang achter elkaar kon knippen. Ze voltooide toen haar ontdekkingsreis met het perfectioneren van haar bijzondere één-lijn-knipsels en er ontstonden de meest fantastische knipwerken. Wat een fantasie, maar ook: wat een doorzettingsvermogen!

afb. 6, Fouke Goudman-Cupido, Kuise kat, 1996, 11,7 lang

Dat doorzettingsvermogen kwam haar goed van pas toen ze bedacht had om een boek te gaan schrijven over knipwerk, maar dan speciaal over de technische mogelijkheden en onmogelijkheden ervan. Ze stelt dat het ‘ambacht’ van het papierknippen niet het belangrijkste facet is. Het gaat om het bedenken De manier van denken staat centraal in haar boek, omdat Frouke vindt dat het resultaat van de knipinspanningen af hangt van de manier van ontwerpen. Eigenlijk ziet ze het ontwerpen als spelen met beperkingen. Dat boek moest natuurlijk geïllustreerd worden met knipwerk van eigen hand.

 

 

afb. 7, Frouke Goudman-Cupido, Vrouw met hoed, 1996, 14,85 lang

Iemand die zulke plannen smeedt, moet wel over een ijzeren wil en een enorme dosis optimisme en doorzettingsvermogen beschikken, zeker als de omstandigheden om een dergelijk boek uit te geven, niet optimaal zijn. Frouke heeft er namelijk voor gekozen om dit boek in eigen beheer uit te geven en dat is natuurlijk niet de gemakkelijkste manier, dat zal iedereen duidelijk zijn. Verder beschikt ze helaas niet over een goed geoutilleerde studio met een staf aan personeel. Nee, alle werkzaamheden vonden gewoon thuis plaats aan een simpel bureau met daarop twee computers. Bij de gigantische hoeveelheid knipwerk moest de tekst door Frouke geschreven worden. Wat een moed om aan zo’n megaklus te beginnen! De hulp van zoon Sander was daarbij van onschatbare waarde, want hij voorzag haar van onmisbare tekstadviezen en nam bovendien de hele drukvoorbereiding voor zijn rekening. En sinds zijn pensionering zorgt Harry voor de catering (met als specialiteit Indische maaltijden).

afb. 8, Frouke Goudman-Cupido, Kerstkooi, 1990, 28,5 x 13,6 cm

Het heeft veel langer geduurd dan oorspronkelijk gedacht, voordat het boek naar de drukker kon. Dat is te verklaren uit het feit dat zowel Frouke als Sander een zeer perfectionistische aard bezitten. Gelukkig maar, want daardoor is het boek van een ongekend hoge kwaliteit geworden, zowel qua inhoud als qua vormgeving. Het gebonden boek is prachtig uitgevoerd met ruim 1000 zwart-witte illustraties, allemaal door Frouke geknipt. Tijdens het interview zaten zij en ik op de zolderkamer waar al het materiaal voor het boek is opgeslagen en ik heb met verbazing gekeken hoe alle papieren opgestapeld lagen in kasten, laatjes en op planken. Ik zag stapels dozen met knipwerk erin. En overal papiertjes erop met een knijper vastgemaakt waarop stond wat er in die dozen zat en wat er nog mee gedaan moest worden. Frouke kan blindelings de weg vinden in de enorme hoeveelheid papierwerk en negatieven!

 

afb. 9, Frouke Goudman-Cupido, Oma Lap, 2002, 23,3 x 16 cm

 

Frouke leverde niet alleen een werkelijk schitterend boek af niet ongeëvenaarde ideeën en mogelijkheden, maar verrijkte daarbij ook de Nederlandse taal met ludieke uitdrukkingen, zoals: Nietsen, Honduitlater, Gatenkaas, Afgepeld behang, Onderlappen, Tussenlappen en nog veel meer. Ook Sander liet zich niet onbetuigd en bedacht humoristische woorden, zoals Eierij, Uitgebalkt en Draadkerst.

Frouke is dus niet alleen heel creatief met papier maar ook met taal. Bij navraag blijkt dat ze dol is op lezen, scrabbelen en dat ze ook graag gedichten maakt. In 1998 deed ze mee aan een gedichtenwedstrijd, uitgeschreven door ‘Trouw’ en ze behoorde van de 1534 inzenders tot de 10 besten en ontving voor die prestatie een prijs. Hierbij een mooi gedichtje van haar hand:

De dode vogel
wuift
met platgereden vleugel de auto’s in de rijwind
even na.

‘Vertalen in papier’ werd gepresenteerd op de Contactdag in Enkhuizen in 2007 en daarna volgde er een periode van wennen aan het feit dat er niet meer aan het boek gewerkt hoefde te worden na zoveel jaar. Wel moesten er natuurlijk heel wat exemplaren verzonden worden en dat gaf een hoop drukte. Jammer genoeg werd ze in die tijd aangereden op haar fiets, zodat ze wéér moest herstellen van lichamelijk letsel. Momenteel gaat het allemaal weer goed en bezint ze zich op de periode die voor haar ligt. Ze excuseerde zich een beetje dat ze geen strak omlijnde plannen kon aankondigen: “Ik heb maar twee versnellingen: hollen of stilstaan.”

afb. 10, Frouke Goudman-Cupido, Vissen, 1995, 12,5 x 11,5 cm

Na dat jarenlange gehol mag ze nu best eens even stilstaan. Wij wachten gewoon allemaal af wat er nog meer voor moois uit Frouke’s schaar en pen tevoorschijn komt. En wie nog niet ‘Vertalen in papier’ heeft aangeschaft, moet dat beslist gaan doen, het zou bij iedere knipper en knipster in de boekenkast moeten staan.

Frouke Goudman-Cupido: een inspirerende, creatieve, unieke knipster, een fenomeen. Om in haar eigen ludieke stijl te blijven: een consequente éénlijner, die door alle geknipte bomen toch het bos blijft zien!

leke Boosman

afb. 11, Frouke Goudman-Cupido, Kruip-door-sluip-door-Nietsje, 1998, 10,8 x 30 cm